Nadat in de afgelopen week media over elkaar heen tuimelden over de huizenprijzen van de NVM en het tekort aan woningen dat was uitgeroepen tot woningnood, kwam deze week ook het CBS (Centraal Bureau voor de Statistiek) met cijfers. In 2019 waren bestaande koopwoningen gemiddeld 6,9 procent duurder dan in 2018, zo hadden de rekenmeesters geconcludeerd. En hoewel dat nog steeds een forse stijging genoemd kan worden, valt het weer iets mee ten opzichte van de huizenprijzen van de makelaarsvereniging, die met ruim 8% stegen. Overigens lijkt het procentje verschil tussen beide instituten weinig, maar bij de verkoop van 218.595 woningen een gemiddelde prijs van € 307.978,- is 1% toch altijd nog een dik half miljard euro verschil.

Dagblad De Volkskrant kwam daarop met een uitgebreide reportage over Berlijn, en hoe daar het stadsbestuur korte metten maakt met de stijgende huurprijzen en het tekort aan woningen. Drie dagen struinde een delegatie van de Tweede Kamer langs politici, huisvestingsprojecten en belangenorganisaties in de Duitse hoofdstad, waarna GroenLinks-Kamerlid Smeulders opmerkte dat hij er “nog meer van overtuigd geraakt is dat ook in Nederland de marktwerking uit de huursector moet worden gehaald’.” Een huurplafond zoals Berlijn heeft gesteld, ziet hij niet zitten. “Maar de radicaliteit werkt wel aanstekelijk.”

Ondertussen was ook de Omgevingswet weer terug op de agenda . Kamerleden maken zich ernstige zorgen of de Omgevingswet wel gaat werken en of iedereen in het land er ‘wel klaar voor is’. In een commissievergadering over de stand van zaken bleek, dat onder meer coalitiepartner CDA grote twijfels heeft of de wet wel kan worden ingevoerd op 1 januari 2021. Partij voor de Dieren en GroenLinks zien het liefst dat de gehele wet van tafel gaat.
De ‘Omgevingswet is bedacht in de crisistijd, de situatie is nu anders’; ‘mensen hebben minder behoefte aan participatie en inspraak wordt te ingewikkeld en alleen weggelegd voor hoogopgeleiden’; zijn de belangrijkste argumenten om deze wet uit te stellen of helemaal van tafel te vegen. Minister Van Veldhoven is dat beslist niet van plan en blijft optimistisch over de uitvoerbaarheid.

De pilot aller pilots om de Omgevingswet in de praktijk te testen is de Binckhorst in Den Haag. Hierover is de stemming somber, volgens critici in een artikel van Binnenlands Bestuur. “Wordt de Binckhorst een ‘spookwijk?” vragen zij. De herontwikkeling van het Haagse bedrijventerrein ligt vanwege een gebrek aan voorzieningen onder vuur.” Schrijft het vakblad voor bestuurlijk Nederland. “Geen reden voor blinde paniek”, zegt Haags wethouder Boudewijn Revis in hetzelfde artikel.

Tegelijk met de Omgevingswet moet ook de Wet kwaliteitsborging voor het bouwen ingaan. Deze wet heeft tot nu toe veel minder draagvlak en ook veel minder zichtbare discussie opgeleverd dan de Omgevingswet. Maar de uitgesproken criticasters van Cobouw hebben ruimte gegeven aan advocate Ottilie Laan, die uitlegt dat de weerstand tegen de Wet kwaliteitsborging voor het bouwen gebaseerd is op zeven misverstanden.

Terwijl deskundigen en bestuurders over elkaar heen tuimelen over regels, wetten en beleid, wordt een groep vergeten die ‘niet op het Malieveld staat’, zo merkt NRC Handelsblad op. “Er is een groeiende groep 75-plussers die alleen woont, terwijl ze dat eigenlijk niet meer kunnen. Een logisch gevolg van de sluiting van bijna alle verzorgingstehuizen sinds 2015.” Over tien jaar zijn er 2,5 miljoen 75-plussers – nu zijn er ruim 1 miljoen. De nieuwe Taskforce Wonen en Zorg merkt op, dat ook hier organisaties langs elkaar heen praten over beleid en beren op de weg zien, maar niks doen.

Via het korte uitstapje naar de mensen waar het uiteindelijk om gaat: de bewoners, komen we via de Telegraaf toch weer uit bij de landelijke politiek. Hans de Boer van werkgeversorganisatie VNO-NCW doet een duit in het zakje dat al stevig gevuld is met meningen: “Een dak boven het hoofd voorkomt maatschappelijke onrust. Een eigen plekje maakt gelukkig”, weet hij. “Maar als er voor mensen met een gewone baan straks echt geen huis meer is te krijgen voor een normale prijs, wordt iedereen in het land ontevreden. Als het Rijk niet ingrijpt, dan voorzie ik dat het hard afgestraft zal worden bij de volgende verkiezingen.”